In de bestaande Veenendaalse wijk Het Franse Gat wordt een nieuw IKC ontwikkeld. Schooldomein sprak met directeur Brenda van de Vendel van
School JUUL, schoolleider Reinier Vink van de Patrimoniumschool en partner Gert van Uffelen van Zenzo Maatschappelijk Vastgoed over het proces en de uitgangspunten. Brenda: “Het IHP 2015-2020 legt de basis voor de visie op de huisvesting van het onderwijs in Veenendaal. Daarnaast heeft de gemeente een Beleidsnotitie Integraal Kindcentra in Veenendaal opgesteld, waarin staat dat de vorm van een IKC het beste past op maatschappelijke ontwikkelingen als de opbrengsten van taal en rekenen, creativiteitsontwikkeling, bewegingsonderwijs, obesitas, sociale vaardigheden, burgerschap en computervaardigheid. Dat vraagt ook om een andere manier van onderwijs, opvang, welzijn en andere maatschappelijke voorzieningen. In het IHP stond dat mijn School JUUL nieuwbouw zou krijgen, maar wel als onderdeel van een nieuw te bouwen IKC met de Patrimoniumschool en kinderopvang Luna. Zo ver waren we nog niet in ons denken, maar inmiddels hebben we elkaar als organisaties ontmoet en zijn we naar elkaar toegegroeid. Het Franse Gat is een wijk met veel diversiteit, zowel cultureel en sociaal-economisch. Zaken als eenzaamheid en armoede komen de school in en je moet jezelf afvragen wat je daarmee wilt, zowel als mens als professional. Hoe kunnen we samen impact maken door op dat punt de handen ineen te slaan, waardoor onze kinderen elkaar straks in het nieuwe IKC kunnen ontmoeten. Overigens heet de wijk Het Franse Gat en moeten we nog een goede naam voor ons kindcentrum bedenken.”

Samenwerkingsovereenkomst

Eind maart ondertekenden de directeuren van Christelijke Kinderopvang Luna en van de schoolbesturen Gave Scholen en CPOV samen met de gemeente officieel de samenwerkingsovereenkomst voor de ontwikkeling van het kindcentrum. In de overeenkomst gaven de kernpartners aan hoe ze gaan samenwerken, wie waar verantwoordelijk voor is en wie welke ruimten ter beschikking krijgt. Maar ook hoe de aanbesteding, het beheer en eigendom van het IKC geregeld zijn. Gert: “Wij mogen als Zenzo dit IKC ontwikkelen, waarbij het een bijzondere aanbesteding betreft, namelijk een Rapid Impact Contracting. Daarbij waren de kernpartners vanaf de aanbesteding al actief betrokken, al voordat er een programma van eisen en een ontwerp ligt. Innovaties en ideeën die tijdens het ontwerp- en bouwproces ontstaan, kunnen zo ingepast worden. Het wordt een coproductie tussen aannemer, architect, de kinderopvang, de scholen, de omgeving en de gemeente. De gemeente wil als opdrachtgever bijdragen aan de VN werelddoelen door de Sustainable Development Goals (SDG) als uitgangspunt te nemen. Daarbij gaat het om aspecten als een optimale ontwikkelomgeving, duurzaam en verantwoord bouwen en beheren en het stimuleren van de maatschappelijke verbinding.

“De basis is dat we gezamenlijk kinderen optimale ontwikkelkansen in de wijk willen bieden.”

Daar horen ook toekomstbestendige partnerships bij. Inmiddels is de architect Thomas Rau geselecteerd, die net de eerste schetsen heeft gemaakt. In deze workoutfase moet het programma van eisen nog opgesteld worden, waarbij alle gebruikers aan tafel zitten. Het is echt een co-creatie. Wat bekend is zijn de locatie, het budget en het gewenste vloeroppervlak maar verder ligt alles nog open.” Reinier: “Dat betekent wel dat het aan de voorkant heel erg druk is.” Brenda knikt: “Ik ga van werkgroep naar werkgroep, zonder dat ik nog een beeld heb van het nieuwe gebouw. En dan wil ik het ook nog bespreken met mijn partners en terugkoppelen naar het team.” “Het is inderdaad nu even flink investeren”, geeft Gert aan, “maar dat verdient zich terug in de ontwerp- en uitvoeringsfase, omdat je nu integraal naar het vraagstuk kijkt en alle partijen gelijk mee kunnen denken.”

in dialoog met gebruikers
Gezond, duurzaam en veilig

Gert verder: “IKC Het Franse Gat wordt een schoolgebouw waar kinderen van 0-13 jaar veilig en zorgeloos kunnen opgroeien, spelen en leren. Het kindcentrum biedt straks ruimte aan 445 basisscholieren en 64 kinderen in de opvang. Het gebouw komt midden in een dichtbebouwde buurt te staan. Daarom wordt het een compact gebouw van twee bouwlagen en een derde deels terugliggende bouwlaag, waar een mooi dakterras kan komen. Duidelijk is dat het een licht en open gebouw moet worden, maar het echte ontwerp en de materialisatie komt na deze fase. Ook wordt de openbare ruimte zo ingericht dat de (over)last voor omwonenden wordt beperkt. Denk bijvoorbeeld aan de aanleg van mooie groenstroken, stimuleren van lopen en fietsen naar school (beperken van het breng- en haalverkeer met de auto/parkeeroverlast), opknappen van de naastgelegen openbare speeltuin en het park. Het schoolplein wordt openbaar toegankelijk voor de buurt.”

Openheid en geborgenheid

De twee scholen blijven hun eigen identiteit behouden, zodat ouders nog steeds kunnen kiezen welke school het beste past bij hun kind. Alle drie de kernpartners werken momenteel enthousiast samen om het beleid en de samenwerking vorm te geven binnen het IKC concept. Brenda: “De basis is dat we gezamenlijk kinderen optimale ontwikkelkansen in de wijk willen bieden. Wat betekent dat voor het gebouw en voor de verbinding met de wijk? We zijn een design thinking traject begonnen met de gemeente, de twee scholen, de kinderopvang, Veens Welzijn, jeugdzorg en het samenwerkingsverband: hoe kunnen wij anders samenwerken om die optimale ontwikkelkansen te faciliteren? Er zijn nog zoveel gezinnen die hulp nodig hebben. Daarvoor doen we onderzoek in de wijk; veel interviews met ouders, kinderen en ketenpartners. Dan zie je dat bepaalde maatschappelijke thema’s enorm spelen en dat de school een cruciale rol kan spelen.”

voor ieder kind gelijke kansen
Unit versus klassikaal

Brenda: “Hoewel JUUL unitonderwijs aanbiedt met een meer vrije plattegrond en Patrimonium vooral het lokaal als uitgangspunt neemt, delen we dezelfde pedagogische visie en de overtuiging wat een IKC voor de kinderen en de omliggende wijk zou kunnen betekenen.” Reinier knikt: “Wij werken beiden met differentiatie en verschillende werkvormen. Dat past bij ons beter in de vorm van klassikaal onderwijs; hoewel wij ook met leerpleinen gaan werken. Het gaat er dus meer om hoe wij de ruimte inrichten.” Brenda: “Omdat wij in onze units een gedifferentieerde leeromgeving willen creëren, oriënteer ik me nu ook al op de inrichting. Ook dat is een spannend traject. Met mijn team ben ik op enkele IKC’s gaan kijken om inspiratie op te doen. Hoe kun je met zo’n ruimte omgaan?” Reinier: “Wat ons bindt is dat we het kind een optimale ontwikkelomgeving willen bieden. Dat betekent ook dat we niet één thema centraal stellen, zoals bewegend leren of gezonde voeding.” Brenda: “Het gaat om zo lang zo breed mogelijk. Dat uitgangspunt bepaalt ook met welke partners we willen samenwerken. Het afwegingskader is dat het een duurzame relatie moet opleveren die de kansen voor het kind vergroot en over tien jaar nog goed is.” Reinier knikt: “Onze kern is het onderwijs; we zijn er voor de kinderen en de ouders en daarnaast willen we er ook voor de wijk en de samenleving zijn. Wij zijn een plek waar kinderen optimale ontwikkelkansen hebben; de ervaring leert dat je daar de wijk en ketenpartners voor nodig hebt. Je kunt het als school niet alleen.

Lees hier het hele artikel uit Schooldomein

Nieuws